Wat een weer

Nu de verkiezingen achter de rug zijn en we even wat minder hoeven te praten over de politiek, kunnen we het weer hebben over het weer. Dat is immers een van de meest besproken Nederlandse onderwerpen. Nou, naast kwalen en gebreken.

In mijn jonge jaren, waarmee ik u zo vaak als ik maar kan lastig zal vallen, bestond er nog een unieke gelegenheid om de combinatie van weer en gezondheid uit te diepen. Dat was de wachtkamer van de dokter. Dankzij computers en groepspraktijken gaan we tegenwoordig doorgaans op afspraak naar de huisarts, waar we dan ook weinig of geen medepatiënten tegenkomen. En de poliklinieken zijn zo grootschalig, open en efficiënt ingericht, dat we ook daar weinig tijd overhouden om gegevens over het weer en over onze familiekwalen uit  te wisselen.

In die wachtkamers van indertijd werden de spannendste nieuwtjes gedebiteerd. Niet alleen hoorde je de kwalen van hele families en van menig notabele, ook kreeg je spectaculaire dingen te horen – én te zien! — over weersvoorspellende eksterogen, pus producerende negenogen en vochtverspreidende soepogen. En dat allemaal nog maar uit één orgaan, kun je nagaan wat een eindeloos geduld die wachtenden konden opbrengen.

Dan de wetenschappelijke verbanden tussen het weer en gezondheidsproblemen. Dat werd toen al wel vaak ouwewijvenpraat genoemd, en tegenwoordig geouwehoer, dus je kunt zeggen dat we nu een kleinere bevolkingsgroep beledigen zij het nog steeds van het vrouwelijk geslacht, maar de mythes zijn nog grotendeels hetzelfde gebleven. Bijvoorbeeld dat je verkouden wordt van kou. Klopt niet. Bij kou is onze wéérstand minder en dat maakt ons bevattelijker voor álles. Maar vooral, bij lagere temperatuur blijven we vaker binnen zitten en daar geven we elkaar gezellig het virus door. Dus eet een stevig maal – bijvoorbeeld een pizza van het soort Quattro Stagioni, Vier Jaargetijden – en ga buiten schaatsen, nou ja bij dit weer dan rolschaatsen. Mensen met een herfst- of winterdepressie moeten intussen maar luisteren naar de Vier Jaargetijden van Vivaldi of van Glazóenov.

Ook de vele reumaklanten dachten dat ze kou moesten vermijden, en velen denken dat nóg, terwijl inmiddels bekend is dat nattigheid veel erger voor hen is – dus of dat dure saunagedoe nu wel zo verstandig is mevrouw, meneer, ik zou dat nog maar eens navragen.

Prettig vond ik wel het taboe op hoesten en niezen zonder hand of zakdoek voor de mond. Dat blijkt nu veel minder kwalijk te zijn dan het vriendelijk en beleefd handen schudden, want dat is regelrecht een bioterroristische daad, zoveel bacillen dragen we ermee over. Maar dat van die zakdoek mag u geheim houden voor niezende en proestende viespeuken die maar wát graag hun omgeving ondersproeien – zeg maar dat het slecht is voor uw reuma.

Zo zou ik nog even kunnen doorgaan over de echte en vermeende verbanden tussen weer en gezondheid, maar dat lijkt me meer een voorlichtingstaak voor die lui van informatiebureau Signaal, die ook in deze uitzending zitten. Ze zien me al aankomen. Laten we er eens over praten op een terrasje, zal wel het antwoord zijn waar ik het bij voorbaat koud van krijg.


© 2024 Toon van der AA