Poep

Herinnert u zich nog het tv-programma ‘Wedden dat’ van Jos Brink, een jaar of twintig geleden? Daarin konden deelnemers een bepaalde opmerkelijke prestatie leveren, en beroemde gasten moesten wedden of hun dat zou lukken. Bij mij leeft nog het beeld van de man, die feilloos ácht merken van douchekoppen kon onderscheiden door onder de waterstraal te gaan staan – in zwembroek voor de camera.

Nou, ik kan u vertellen dat die Brink en zijn makkers jaaaren achter liepen bij een boer uit mijn geboortedorp, die aan een dampende koeievla kon zien en ruiken uit welke koe ze was gekomen, van zijn eigen dieren dan dus hè. En hij hoefde er daarvoor niet eens onder te gaan staan. Wél ging ie na het bekend worden van zijn speciale talent voortaan door het dorpsleven onder de bijnaam ‘Boer Poep’.

In die tijd mocht ik overigens het woord ‘poep’ niet gebruiken van mijn moeder, het was ‘ontlasting’ of  ‘een hoopje’. En ook in ander opzicht waren wij terughoudender. Je laten fotograferen in zwembroek kon nog net, maar die foto wijd verspreiden, laat staan over het hele land (tv hadden we toen nog niet) dat was niet aanvaardbaar.

Onze zeden en gewoonten, in elk geval van de meeste autochtone landgenoten, zijn intussen drastisch veranderd. We praten vrijmoedig over hondepoep, kattepis en strontvervelend, en ook onze eigen ontlasting duikt soms voorzichtig op in de conversatie. We bespreken al onze lichamelijke functies openlijk met arts en verpleegkundige, waarbij het anale en het genitale geen taboe vormen. Vandaar dit vieze praatje, om u op die verandering te wijzen.

Voor de gezondheidszorg heeft dat voordelen. Allerlei voorlichting is mogelijk, en we houden niet uit schaamte allerlei symptomen voor de dokter verborgen. Maar als we bedenken dat die vrijmoedigheid zo’n vijftig jaar nodig heeft gehad, mogen we best wat geduld hebben met mensen die afkomstig zijn uit een traditie waar men het anale en het genitale omzichtiger benadert. En dan bedoel ik ook niet, dat zij een beetje achterlijk zijn en binnen vijftig jaar ook het laagste Hollandse peil moeten hebben bereikt, want hier zijn we mijns inziens flink doorgeschoten. Afgemeten aan diverse bladen en tv-programma’s zijn we intussen beland in een volkomen exhibitionistische cultuur, zonder gevoel voor discretie en privacy en met verregaande miskenning van het intieme, het romantische en het mysterieuze. Of dat voor onze lichamelijke gezondheid gevolgen kan hebben overzie ik niet, maar voor onze psychische gezondheid lijkt het me zorgwekkend, zeg ik maar als ouwe zak.

Ook op een andere manier gaan we slordig om met onze lichamelijke intimiteiten. We verstrekken met gemak privé-gegevens aan overheid en commercie, en geven grif  lijfelijke informatie weg zoals vingerafdrukken en DNA-materiaal. Voorzitter Jacob Kohnstam van het College Bescherming Persoonsgegevens heeft zich daarover in het recente verleden meermalen verbaasd en bezorgd uitgelaten, maar dat wil nog niet veel helpen.

Nu las ik onlangs, dat ook onze darmflora, d.w.z. de bacteriën aldaar, uniek zijn voor ieder individu, en dus eveneens gebruikt kan worden als een soort eh, vingerafdruk. Binnenkort wordt u dus mogelijk gevraagd om op een potje plaats te nemen, of erger nog, wordt uw wc-inhoud of uw vuile was meegenomen naar het Faecetisch-Forensisch Instituut FFI, dat daarmee identificatie- en leefstijlonderzoek doet.

Gelukkig heeft zich al een actiegroep gemeld, de steungroep Bescherming Anusprodukt BA.  Als u bij een reis naar een link land of een sollicitatie bij een enge werkgever controle verwacht, kunt u tegen een geringe vergoeding van de BA vooraf een darmspoeling krijgen die uw bacteriën voor maanden onherkenbaar maakt. Bij de mededelingen aan het slot van deze uitzending hoort u de adresgegevens van deze steungroep.


© 2024 Toon van der AA