Oud

Onlangs, luisteraars, onlangs ontdekte ik dat ik een ouwe knar ben. Daar ben ik toen maar eens krakend voor gaan zitten om er de voor- en nadelen van te bekijken.

Een onmiskenbaar voordeel is dat je meer kennis hebt opgeslagen dan toen je nog jong was. Niet zozeer gedetailleerde feitenkennis maar meer een in ervaring gecomprimeerde en gecodeerde ‘taxatiekennis’, die het je mogelijk maakt om vaak met enig zelfvertrouwen te zeggen: “Dit heb ik eerder meegemaakt, hier kan ik zus of zo mee omgaan”. Hoewel er van die kennis voortdurend een deel wegsijpelt, want onze hersenpan is een lekkend orgaan, en er ook valse en vervormde informatie rondzwemt, blijft dit toch een potentieel dat jonge breinen gewoon nog niet hebben verzameld.

Verwant hieraan zijn de herinneringen die je hebt gevormd. Met wat geluk zijn dit positieve herinneringen, waarmee je je leven aangenaam of althans draaglijk kunt maken. Ik vermoed zelfs dat de neiging van ouderen om steeds vaker en soms met enige zelfgenoegzaamheid terug te blikken een beschermingsmechanisme is van de menselijke natuur, doch daar moeten zielkundigen maar eens wat van zeggen. Als je pech hebt echter dan worden je laatste jaren volkomen verpest door traumatische herinneringen of onvervulde restwensen.

Als derde voordeel van de ouderdom wordt vaak de mentale conditie genoemd dat je niet zoveel meer hóeft, zoals het heet. Al dat prestatie- en carrièregedoe van het jonge volk is aan ons dus niet meer besteed. Hoewel ik toegeef dat deze gedachte ook wel eens naast mij op mijn comfortabele kussen ligt, wil ik waarschuwen dat ze de spiegelzijde vormt van de conditie dat je niet zoveel meer kúnt.

Ziehier dus een eerste nádeel. Mijn uithoudingsvermogen, concentratievermogen, opnamecapaciteit en geheugen van korte of lange termijn zijn in ieder geval al zodanig aangetast dat ik beslist geen nieuwe studie meer zou kunnen beginnen of een bedrijf opzetten. Bij sommigen ontstaan die beperkingen een stuk later, maar ooit gaan we allemaal voor de bijl.

De beperkingen van de ouderdom zijn niet alleen geestelijk maar zeker ook lichamelijk, en oké ook dat geldt niet voor iedereen en op dezelfde leeftijd, maar met mijn vrij recente rotkwaaltjes alleen al zouden we een hele uitzending van Radio Signaal kunnen vullen.

Maatschappelijk gezien heeft de ouderdom eveneens voor- en nadelen, maar dat verschilt zeer per historische periode en per cultuurgebied. In onze huidige westerse maatschappij, zeg maar in Germaans Nederland, zijn ouderen hun vanzelfsprekende gezag allang kwijt en moeten ze zichzelf in dat opzicht bewijzen zoals ieder ander. Na de ouderenonvriendelijke jaren 1960 en ’70 zijn respect en consideratie voor de grijze generaties tijdelijk hersteld, terwijl we nu vaak weer als onproductieve ballast worden geminacht.

Maar nu stop ik want ik moet nodig wat drinken, daar dien je als oudere goed op te letten hoor. Of moest ik nou plassen? Ik weet het niet meer. Ach, de jongeren onder u vinden dat ik toch al genoeg heb zitten zeiken.

Muziek na de column:

CD ‘Holst’, The Planets, SPOOR 12: Saturnus, de brenger van de ouderdom. Duurt 9’35”, dus naar eigen inzicht wegdraaien.

Mogelijke afkondigingstekst:

“We hoorden een stukje uit de orkestsuite ‘De Planeten’ van de Engelse componist Gustav Holst [uitspr.: góestaaf holst, met een g zoals in ‘good’ en ‘garçon’], die leefde van 1874 tot 1934, en wel uit het vijfde deel, getiteld Saturnus, de brenger van de Ouderdom. En dat zo’n planeet ontiegelijk oud is dat weet u.”


© 2024 Toon van der AA