Gezonde sport

Hebt u ook de hele zomer voor de buis gehangen om naar de Tour de France te kijken, de Olympische Spelen, voetbalvoorrondes, tennistoernooien enzovoorts? Nou, ik mooi niet. En hoewel ik er bij dit ongezondheidsprogramma Radio Signaal misschien een wit voetje mee zou kunnen halen, ik volg ook niet de Paralympische Spelen die momenteel woeden. Al lijken ze me sympathieker dan de foktopsporten.

Ik heb het over foktopsporten – jaja, spreek dat vijfmaal snel zonder fouten uit en u weet dat uw aftakeling nog wel meevalt –, foktopsporten dus omdat alle medaillewinnaars van de Olympiade en dergelijke als klein kind zijn begonnen en sindsdien zorgvuldig begeleid en gestuurd. Zelfs je genetische afkomst doet ertoe, blijkens bijvoorbeeld ons nieuwe Nederlandse Wereldwonder Max Verstappen, die is voortgekomen uit twee coureurs, als was hij fokmateriaal – maar dat blijft natuurlijk het geheim van die slaapkamer in Limburg.

Sportfok – en je ziet het ook wel bij muziek en ballet –, sportfok gaat vaak ten koste van een normaal sociaal leven of soms zelfs de normale voorbereiding op een later beroep. Nu valt dat laatste in Nederland erg mee, want de leerplicht wordt serieus gehandhaafd en vaak goed ingepast in de sportopleiding. Hiervoor verdienen onze politici en andere bobo’s een compliment. Je ziet ook, dat mislukte of voormalige beroepssporters dikwijls in amateurcompetities verdergaan, gewoon voor hun lichamelijke en geestelijke gezondheid, ook daarin zijn we een gelukkig landje. In verscheidene Aziatische landen wordt een veelbelovend kind tot gekmakens toe gestimuleerd en gecommandeerd, totdat haar of zijn potentieel ónvoldoende blijkt en iedereen haar of hem keihard laat vallen en elke verdere sportieve activiteit beëindigd wordt.

De klap van het mislukken kan zó hevig aankomen, dat je je afvraagt of het wel verstandig is om een jong kind een glanzende carrière voor te houden, terwijl je weet dat voor elk toppertje een paar honderd minder getalenteerde dromertjes na een aantal jaren gedesillusioneerd zullen afvallen, vaak tot hun intense verdriet. Als ik wist hoe een leeftijdsgrens was af te dwingen zou ik die vermoedelijk bepleiten.

Niettemin kunnen we samen wel iets doen tegen collectieve opnaaierij, zoals wel gebeurde toen Nederlandse atleten tot tranen toe teleurgesteld waren met een zilveren of bronzen medaille. Ik kan me hun primaire reactie wel voorstellen hoor, maar vind tegelijk dat we de grote meerderheid van jeugdige sportbeoefenaren moeten voorbereiden op de grote kans op hout in plaats van goud.

De  enige sport waar ik zelf iets van afweet is autoracen, en het bevalt me niet dat Max Verstappen door sommigen wordt afgeschermd tegen kritiek en wordt vergeleken met een paar hoogst succesvolle maar onsportieve en chagrijnige multi-wereldkampioenen, en niet met Juan Manuel Fangio, vijfvoudig wereldkampioen in de jaren 1950 en een heer in het raceverkeer; maar ach, dat was een andere tijd en Juan Manuel was toen ook bijna drie keer zou oud als Max nu.

Tegen de tijd dat de Olympische Spelen naar Nederland komen vormt ongetwijfeld het wedstrijdpoepen een geaccepteerde nationale aanvulling op het internationale sportmenu. U weet wel, met Van Kooten en De Bie: precisiepoepen, krachtpoepen, hindernispoepen, doelpoepen van de hoge paal, dit voor alle soorten lijven en leeftijden en hopelijk zonder al teveel druk.

Muziek, enkele seconden na column:

Van de CD ‘NM Classics’ SPOOR 1, Peter van Anrooy’s Piet Hein Rhapsodie. Duurt 8’53”, dus onderweg fraai laten wegsterven a.j.b. Het volume is vrij gelijkmatig halfhard.

Aanbevolen toelichting:

“We hoorden een stukje uit de Piet Hein Rapsodie van de componist Peter van Anrooy, die leefde van 1879 tot 1954, op de bekende volkszang. Dat ging dus over de Zilvervloot, want die sukkel Hein kon niet eens een Goudvloot bemachtigen.”


© 2024 Toon van der AA