Een Gammele Gijsbrecht

Het hemelsche gerecht heeft zich ten langen leste

ontworsteld aan mijn benauwde veste

Het smaakte goed maar werd een kwestie

van vraatzucht ende indigestie

De lozing ging met wat geluid

doch het restant is er nu uit

Restant van een losbandig leven

ons in dit rijke land gegeven

Na Sinterklaas gaan wij ter Kerste

en vreten wij door totdat we bersten

ende zuipen ons een stuk in kraag

voorwaar funest voor hoofd en maag

Dit vormt slechts deel van ons bestaan

waaraan wij ooit ten gronde gaan

Te veel, te vet, te zoet, te zout

wij groeien dicht van jong tot oud

En elders op den wereldkloot

gaan mensen van den honger dood

Voorts happen wij in gore lucht

van fijnstof, roet en rokerszucht

wij inhaleren ál dat naars

afkomstig uit des duivels aars

Dit al uit naam van de progressie

deez’ hedendaagse dwangconfessie

en Mammon is den here God

al ‘t andere kan op de pot

Wij investeren en produceren

voor ‘t ongeremde consumeren

Strekte ooit werk tot ons welzijn

thans is ‘t verslaving met chagrijn

de werkweek langer, pensioenen later

wie zich niet plooit begaat een flater

arbeidstijd op alle uren

wie dat niet kan zal het bezuren

En al die gretigheid met vlijt

bouwt  steden vol met luchtkastelen

waar woekeraars krediet verdelen

en ieder staat in ieders krijt

Niets voor niets en alles te koop

en ooit was dit dus Neerlands hoop…

De príjs die wij nu dan betalen

zijn geestelijke en welvaartskwalen

nooit was den rijkdom nog zo hoog

en nooit stond het innerlijk zo droog

eenzaam, normloos, asociaal

dat lijkt ons recentelijk verhaal

Draagt niemand meer elkanders lasten?

ieder voor zich en de zwakke kan barsten?

blijven wij collectief niet borg

voor zaken als gezondheidszorg?

individueel rijk maar gezamenlijk arm?

dan is het tijd voor groot alarm!

Vaarwel mijn luistervolk, mijn stad

verwacht geen praatjes meer

— hoewel, dat zit je echt niet glad

alleen maar tot een volgende keer

als ik u wederom kastijd —

maar nu zit ik dan toch aan mijn tijd

Ik zeg u voor uw aandacht dank

en ga onmiddellijk aan den drank

 


© 2024 Toon van der AA