De verkiezingen

In mijn jonge jaren ben ik nog een keer ‘lijstduwer’ geweest bij gemeenteraadsverkiezingen in mijn geboortedorp. In die tijd stemde zowat iedereen daar voor de Katholieke Volks Partij of voor een plaatselijke lijst, en zeker niet op zo’n goddeloze club als de Partij van de Arbeid. Ik was niettemin lid geworden van die PvdA, toen uitzonderlijk voor een belijdend katholiek. 

Ik werd achteraan op de lijst gezet omdat ik eigenlijk de Raad niet in wilde. Maar ik was onze enige autochtone dorpeling en mijn grootvader was als postbode bekend geweest dus wij hoopten dat die achternaam nog wat stemmen zou trekken.

Ik ben nu tégen dat lijstduwen, maar vóór het geven van een zogeheten voorkeurstem. En wel hierom:

Politieke partijen zijn vanouds het meest herkenbaar door hun standpunten over sociaaleconomische verhoudingen, zeg maar enerzijds voor zo groot mogelijke vrijheid voor ondernemers en zo weinig mogelijk overheidsbemoeienis, waarbij ongelijke inkomens tot bepaalde hoogte worden aanvaard; en anderzijds voor meer gelijkheid in inkomens en minder vrijheid voor ondernemers. Het standpunt van meer economische vrijheid noemen we doorgaans rechts, het standpunt van meer economische gelijkheid noemen we links.

Maar er zijn ook andere thema’s, bijvoorbeeld de culturele vrijheid, d.w.z. hoe vrij de burgers in hun sociale gedrag gelaten moeten worden, bijvoorbeeld qua meningsuiting en qua godsdienst. Interessant genoeg noemen we hier juist links degenen die voor veel individuele vrijheid pleiten en rechts degenen die wat meer zien in gelijkheid in normen.

Je kunt als kiezer in de knoop komen als je omwille van het ene genoemde onderwerp op de ene partij zou willen stemmen en omwille van het andere onderwerp op de andere. Dat geldt evenzeer als je je keuze wilt laten afhangen van bijvoorbeeld hun standpunten over de gezondheidszorg. Over wie die moet betalen zeggen ze wel wat, maar voor de rest moet je diep zoeken in hun afzonderlijke programma’s voor vrij kleine verschillen.

De politieke partijen zouden ons daarin moeten helpen vind ik. En wel door hun individuele kandidaten meer ruimte te geven voor het uitdragen van hun individuele opvattingen en prioriteiten op allerlei gebieden, waaronder de gezondheidszorg, i.p.v. tot vervelens toe hun leidersfiguur op te poetsen. Wij kiezers kunnen dan voor de lange termijn stemmen op de globale visie van een bepaalde partij, en ter correctie of voor de korte termijn op een kandidaat binnen die partij die een bepaald belang goed bepleit.

Zoals de partijen het nú doen zult u niet zo gauw een kandidaat naar uw smaak vinden en zult u een lijsttrekker moeten vertrouwen. Of nee, doe dat nou niét maar geef de partij van uw keuze een signaal en stem in elk geval niet op de nummer 1.

Mijn eigen politieke illusies werden indertijd in de kiem gesmoord door een verpletterende verkiezingsnederlaag, we haalden op geen stukken na een zetel. Vooral onze lijsttrekker kwam er slecht vanaf. Het kan dus wél, dat met die voorkeurstemmen.

Muziek:

Van de CD ‘Fêtes Classiques’ SPOOR 8, Josef Strauss, duurt 2’22” maar draai gerust eerder weg.

Aanbevolen afkondiging:

“Dit was een polka van de Oostenrijkse componist Josef Strauss, broer van de beroemde Johan Strauss uit de 19e eeuw. Wij hopen dat deze opwekkende muziek u ertoe brengt om naar de stembus te dansen volgende week woensdag de 9e.”


© 2024 Toon van der AA